Langzamerhand wordt ‘t telkens iets meer en iets serieuzer. Toonladders, etudes en wat langere stukken.
Elk stapje laten we erin slijten; als het grondig wordt geoefend, kunnen we de week daarop verder. Op elk niveau kan het goed klinken als kinderen goed naar zichzelf leren luisteren.
Gaandeweg komen er studeer-manieren aan bod voor allerlei technische passages. Tegelijkertijd blijven ze het stuk ook als geheel doorspelen/doornemen.
Complimenten geven en laten merken dat je er als ouder van geniet, werkt beter dan welke kritische tips dan ook (‘wow, die noot klonk mooi!’ …welk kind zal dan niet proberen élke noot zo mooi te maken…).
Elk kind is natuurlijk anders. De een kan goed met kritiek omgaan, voor de ander zal je het wat meer moeten verpakken.
Mijn doel bij dit alles is leerlingen, zonder omweg, te laten opbloeien tot goede, enthousiaste muzikanten, die genieten van musiceren in kamermuziekensembles en orkesten of, als het erin zit en de grote wens om violist te worden zit diepgeworteld, tot professionele musici.